Op de Azoren
Vanochtend om half zes hebben we na bijna drie weken zeilen ons anker uitgegooid. En wel net buiten de haven van Flores, het meest westelijke eiland van de Azoren en het meest westelijke puntje van Europa. Nadat wat bijslapen zijn we de wal op gegaan – ik, Bart, liep alsof ik flink dronken was! En dat terwijl ik in de tweede helft van mijn veertigjarige zeilcarrière dat gevoel volledig kwijt was geraakt. Maar na drie weken, 4000 km en vier tijdzones klotsen, zwalkte ik met zeebenen over de straten. Bizar! Na een wijntje bij de lunch ging het al beter. Tjitte en Marti hadden er overigens geen last van.
We hebben het dorpje Lajes bekeken en vervolgens ingecheckt bij de haven, wat opgeruimd aan de boot, gedouched (aan boord want aan de wal zijn er alleen wrakke koude douches!), gegeten en dat was het alweer voor vandaag. Vooral beleven hoe het is om weer in de gewone wereld terug te komen. In het restaurantje waar we onze lunch hadden zaten we echt te wennen aan de veelheid van indrukken, na al die leegte! Overigens hebben we gisteren walvissen gezien, eerst echt ruggen die zichtbaar bovenkwamen, daarna nog een paar pluimpjes van hun adem. Dat zag er echt uit zoals ik me dat voorstelde. Bijzonder.
Morgen wordt heel veel regen verwacht, dus we kunnen dan maar beperkt de toerist uithangen. Maar we hebben al een huurauto geregeld voor donderdag, dan gaan we het eiland beter bekijken en vooral het hoogland met de kratermeertjes. We willen dan vrijdag of zaterdag door naar Faial. Daar hopen we wat mee te pakken van de Pinkstervieringen, die volgens ons boekje nergens ter wereld zo uitgebreid zijn als op de Azoren.
Een nieuwe fase is aangebroken!