Het kon nog mooier!
Gisteren hebben we met een huurauto, net zoals we op Madeira één en op La Palma twee dagen hebben gedaan, een rondrit over dit bijzondere eiland gemaakt. Dat je dan overvoerd raakt met indrukken moge blijken uit wat ik gisteren – vooral niet – schreef!
Vanmorgen hadden we dan ook te dealen met een behoorlijk dilemma: Gaan we toch nog een mooie, al dan niet stevige, wandeling maken of gaan we uitermate lui wat zwemmen, zonnen, lezen, terrasje pakken. Vakantie is er tenslotte ook en vooral om uit te rusten en maandag… nee nog even niet aan denken….
We besloten met de bus – die gaat hier, behalve om 05.00 uur, pas om 10.30 uur – naar Pajaritos te gaan en dan naar El Cedro te wandelen. Dat was dan vooral dalen en we zouden, afhankelijk van spier- en energieniveau, door kunnen lopen naar Hermigua, waar tegen 16.00 uur een bus terug naar San Sebastian te pakken zou moeten zijn – volgende bus pas rond 18.30 – Dan zouden we daarna nog lui kunnen zijn en kunnen zwemmen. Het bekende van twee walletjes vreten dus.
Het blijft Spanje, dus de bus die wij wilden hebben, kwam en vertrok een kwartier te laat. De klim waar wij gisteren lang over deden – de Fiat Panda trok niet zo best helling op en we zijn nogal eens gestopt bij miradores, uitzichtpunten – ging snel en tegen 11.30 uur konden we aan onze wandeling beginnen. Volgens de bordjes gingen wij 3.6 uur doen over 5.7 km. Natuurlijk je loopt niet over verharde, vlakke wegen dus marstempo ga je niet halen, maar 3.6 uur kom op… 2 uur moet genoeg zijn. Dat klopte. Na een mooie wandeling door eerst vrij ruig, maar al snel bosachtig en groen gebied met een fraaie beek met hoogteverschillen kwamen wij na zo’n 2 uur lopen bij “het” kroegje. Daar hebben wij ons gelaafd aan koud bier, een gemengde salade en amorgrote. Dat laatste is een lokale specialiteit: oude, brokkelige geitenkaas, met wat olijfolie, Spaanse peper en knoflook vermalen tot een stevig korrelige brij. Het klinkt misschien smerig, maar voor de boer die juist vreet wat hij niet kent én voor de kaasjunk een zaligheid!
Om half drie vertrokken wij, voor de wandeling naar Hermigua. Tegen 15.45/16.00 uur zou die bus daar wel zijn. 5 Kwartier dus voor 3 kilometertjes naar beneden lopen: appeltje-eitje! Niet dus…. Het bleek geen wandeling maar een heuse afdaling via een keiig en steil pad. Een heel mooi pad, dat wel. Eerst bosachtig en toen een uitzicht…. Oordeel zelf:
En als je denkt dat je het mooiste wel gehad hebt, daal je verder af en komt aan het einde van een soort trap – keien – deze oase van rust en schoonheid:
Ondertussen moesten we er wel goed het tempo in houden. We waren om 15.40 uur beneden bij de bushalte. Dát had niet gehoeven, de bus kwam – het blijft Spanje nietwaar – pas ruim een half uur later. Tegen vijven waren we terug in San Sebastian, waar wij eerst onze dorst hebben gelest en daarna heerlijk hebben gezwommen en geluierd!
Wat zijn we blij dat we vanmorgen besloten hebben deze wandeling te maken; we hadden het voor geen goud willen missen. Het is misschien wel het mooiste wat, in ieder geval ik, van de Canarische eilanden heb gezien!
Morgen beginnen we aan wat voor mij voorlopig de laatste etappe wordt: 30 mijltjes – dat stelt al niets meer voor – naar Tenerife. Daar nog de Teide, de vulkaan van ruim 3700 meter, op en een dagje bijkomen van alle indrukken. Nog even met volle teugen genieten dus!